by

Menselijke politici

De Nederlands formatie is in een crisis beland nog voordat hij goed en wel begonnen is. Kasja Ollongren, een van de twee verkenners, werd positief getest op corona en verliet de onderhandelingen. Tijdens haar haastige vertrek wist een fotograaf haar aantekeningen leesbaar op de kiek te zetten. 

(Hebben ze dan niets van ons geleerd?) 

Het meest kwalijke zinnetje op die aantekeningen was: ‘Pieter Omtzigt, nieuwe functie?’ Omtzigt is een van de twee parlementsleden die zich heeft ingezet voor de slachtoffers van de toeslagenaffaire, hij werd daarbij actief tegengewerkt door de meerderheid, waar zijn eigen CDA deel van uitmaakte. Wat doet de naam van een parlementslid in de notities van de verkenners? Er kwamen allerhande flauwe excuses en twee nieuwe verkenners zijn het veld in gestuurd.

Het was nog zo mooi begonnen. De dag na de verkiezingen kwamen de 17 lijsttrekkers van de verkozen partijen samen in de Tweede Kamer. Ze moesten een verkenner aanduiden. Bij binnenkomst draaiden de camera’s, ze leverden prachtige beelden op: de linkse lijstrekkers feliciteerden de winnaars met deemoedig gebogen hoofd en handen op de rug, de liberale winnaars wilden groots lijken en luisterden zo meelevend mogelijk. De extreemrechtse Baudet stak zijn neusje in de lucht terwijl hij, opgetogen over de verviervoudiging van zijn zetelaantal, wat snelle schouderklopjes uitdeelde. De mooiste reactie was die van Laurens Dassen, de lijsttrekker van de pan-Europese partij Volt, die tot zijn zichtbare verbazing 3 zetels binnenhaalde. Zijn ogen twinkelden terwijl hij wat onwennig zijn ronde deed.

Het deed me denken aan een improvisatie-oefening die ik tijdens toneellessen vaak moest doen: ik en mijn tegenspelers kwamen als personages een ruimte binnen. We moesten ons tot een situatie verhouden en zo een interessant toneelstukje improviseren. Vaak kreeg ik te horen dat ik te groot speelde, dat het mijn personages aan menselijkheid ontbrak, dat het uitvergrotingen waren. 

Maar toen ik de beelden van de lijsttrekkers zag, wilde ik mijn toneelleerkrachten bellen. Die uitvergrotingen liepen daar, op de Nederlandse tv: de machistische macho, de verdrietige droevige, de verraste verbazing. Mensen zijn niet subtiel in hun verdriet of hun euforie. En gelukkig maar; de lijsttrekkers hadden de knellende mal van hun mediatraining afgeworpen en eindelijk zagen we échte mensen. Vermoeid waren ze, en opgelucht dat het voorbij was – net als wij allemaal.

Laten we in België de camera’s ook op politici zetten wanneer ze het niet verwachten. Ze zullen het wel eng vinden en wat mekkeren over privacy. Maar wij zullen eindelijk weer eens het gevoel hebben door mensen geregeerd te worden in plaats van door talking points en strategische lekken.

Laat hen wel alvast wat mapjes kopen om de papieren in op te bergen.

Deze column verscheen in De Standaard op 29 maart